Jaarstukken 2018

Financiering

Financieringsbehoefte

Financieringspositie

Op financieringspositiebasis van de voorliggende rekening is de behoefte aan financieringsmiddelen uitgekomen op € 545,5 miljoen wegens (netto-) investeringen in materieel, aankopen van gronden en gebouwen en uitvoering van projecten, waaronder grondexploitaties. Dit is ruim € 25 miljoen lager dan tijdens het opmaken van de begroting 2018 was voorzien.

Interne financieringsmiddelen, reserves en voorzieningen tezamen met reeds in eerdere jaren aangetrokken langlopende leningen bedroegen € 463,9 miljoen. Derhalve is er op rekeningbasis een financieringstekort van € 81,6 miljoen, waarin is voorzien middels € 15 miljoen aan nieuw opgenomen langlopende leningen, € 34,3 miljoen aan netto leverancierskrediet en
€ 33 miljoen aan kortlopende leningen. Het verschil leidt tot een positief rekening-courant saldo van € 0,7 miljoen.

In de begroting 2018 hadden wij rekening gehouden met het nog aantrekken van € 25 miljoen aan nieuwe leningen in 2017 en 2018. Zoals uit de hieronder opgenomen tabel "verloop opgenomen langlopende geldleningen" blijkt heeft dit ook daadwerkelijk in 2017 en 2018 plaatsgevonden, waarvan € 10 miljoen is aangetrokken in 2017 en € 15 miljoen is aangetrokken in 2018.

Om de totale schuldpositie te beschouwen dienen korte leningen, lange leningen en de positie in rekening-courant samen genomen te worden. Dit tezamen gezien is onze schuld in 2018 met € 3 miljoen afgenomen.

Financieringsbehoefte:

2014

2015

2016

2017

2018

   - Boekwaarde investeringen

469.500.000

489.000.000

487.000.000

490.500.000

501.300.000

   - Voorraden, w.o. bouwgronden in exploitatie

74.500.000

69.000.000

64.000.000

61.000.000

61.500.000

   - Af: Algemene voorziening Vastgoed

-27.000.000

-30.000.000

-16.000.000

-16.250.000

-17.300.000

Totaal financieringsbehoefte

517.000.000

528.000.000

535.000.000

535.250.000

545.500.000

Financieringsbronnen:

2014

2015

2016

2017

2018

Langlopende financiering:

   - Reserves en voorzieningen

135.000.000

128.000.000

155.000.000

185.000.000

187.400.000

   - Langlopende geldleningen

325.000.000

303.000.000

307.000.000

290.000.000

291.500.000

Totaal via langlopende financiering

460.000.000

431.000.000

462.000.000

475.000.000

478.900.000

Kortlopende financiering:

   - Netto leverancierskrediet

37.000.000

58.000.000

45.000.000

23.500.000

34.250.000

   - Kortlopende geldleningen

26.000.000

33.000.000

33.000.000

37.000.000

33.000.000

   - Rekening-courant saldo

-6.000.000

8.000.000

-5.000.000

-250.000

-700.000

   - Afronding

-2.000.000

Totaal via kortlopende financiering

57.000.000

97.000.000

73.000.000

60.250.000

66.550.000

Totaal financieringsbronnen

517.000.000

528.000.000

535.000.000

535.250.000

545.500.000

Met ingang van 2016 is het Besluit begroting en verantwoording aangepast met betrekking tot de post Nog niet in exploitatie genomen gronden (NNIEGG). Deze dient voortaan onder de vaste activa te worden  gerubriceerd en is daarom met terugwerkende kracht in bovenstaande cijfers ook meegenomen onder de “Boekwaarde investeringen” en dus niet meer apart genoemd.

Verloop opgenomen langlopende geldleningen (excl. bijstandsleningen)
Een gedetailleerd overzicht van de opgenomen langlopende geldleningen vindt u hier. Het verloop van deze portefeuille  wordt hieronder weergegeven.

Omschrijving

Begroting 2018

Rekening 2018

Bedrag

Gemiddeld rentepercentage

Bedrag

Gemiddeld rentepercentage

Stand per 1 januari 2018

277.903.047

2,80%

287.903.047

2,71%

Nieuwe opgenomen leningen

25.000.000

1,50%

15.000.000

0,85%

Reguliere aflossingen

-13.404.640

4,05%

-13.404.640

4,05%

Vervroegde aflossingen

0

0,00%

0

0,00%

Renteherziening (oud percentage)

-6.000.000

1,11%

-6.000.000

1,11%

Renteherziening (nieuw percentage)

6.000.000

1,40%

6.000.000

1,00%

Stand per 31 december 2018

289.498.407

2,63%

289.498.407

2,55%

Ten tijde van het opstellen van de begroting 2018 werd verwacht in 2018 € 25 miljoen aan langlopende geldleningen aan te moeten trekken. € 10 miljoen is echter reeds in november 2017 aangetrokken. In 2018 zijn vervolgens nog twee leningen van in totaal € 15 miljoen aangetrokken. Al deze leningen zijn tegen een lager rentepercentage afgesloten dan was begroot. Daarnaast was er voor één lening een renteherziening aan de orde. In plaats van gebruik te maken van de renteherziening hebben wij er voor gekozen deze lening elders goedkoper te herfinancieren. Dit ging om een lening van € 6 miljoen. Deze hebben we ook tegen een lager rentepercentage kunnen vastzetten dan was begroot.

Bovenstaande opsomming tezamen met de reguliere aflossingen van in totaal € 13,4 miljoen tegen een gemiddeld rentepercentage van 4,05% zorgen voor een daling van de gemiddelde rente ultimo 2018.

Renteswap

Wegens een stelselwijziging in de boekhoudvoorschriften voor gemeenten in 2014 behoeft er sindsdien geen voorziening te worden gevormd voor de eventuele negatieve marktwaarde van de swap. Daarmee is het risico van de swap niet anders dan voor een gewone lening. De lening in combinatie met de swap is, net zoals in 2017, in bovenstaand overzicht van opgenomen langlopende geldleningen opgenomen. De marktwaarde van de swap per ultimo 2018 bedraagt € 6.076.969 negatief.  

Liquiditeitsverloop
Het liquiditeitsverloop is redelijk identiek aan andere jaren verlopen. In het begin van het jaar waren er minder ontvangsten terwijl er juist nog veel betalingen van zaken uit het vorige jaar werden afgewikkeld. Vanaf maart kwamen er onder andere heffingen (met name OZB) binnen en eind juni was er sprake van een grote btw-teruggaaf over het voorgaande jaar.  

Nadien namen de uitgaven de overhand, onderbroken door de in oktober aangetrokken twee langlopende geldleningen van in totaal € 15 miljoen.

Verloop verstrekte langlopende geldleningen (excl. bijstandsleningen)

Een gedetailleerd overzicht van de verstrekte langlopende geldleningen vindt u hier . Het verloop van deze portefeuille wordt hieronder weergegeven.

Omschrijving

Begroting 2018

Rekening 2018

Bedrag

gemiddeld rentepercentage

bedrag

gemiddeld rentepercentage

Stand per 1 januari 2018

30.326.078

4,10%

29.779.341

4,14%

Nieuwe verstrekte leningen

0

0,00%

0

0,00%

Reguliere aflossingen

-2.100.726

2,72%

-2.100.726

2,61%

Vervroegde aflossingen

0

0,00%

-1.240.091

0,00%

Renteherziening (oud percentage)

-811.920

2,12%

-811.920

2,12%

Renteherziening (nieuw percentage)

811.920

1,50%

811.920

1,92%

Stand per 31 december 2018

28.225.352

4,18%

26.438.524

4,36%

Het verschil van € 546.737 per 1 januari 2018 tussen de begroting 2018 en de rekening 2018 wordt veroorzaakt doordat er vanuit de verstrekte startersleningen Stimuleringsfonds meer aflossingen in 2017 hebben plaatsgevonden dan voorzien.

Het verschil van € 1.786.828 per 31 december 2018 tussen de begroting 2018 en de rekening 2018 wordt voor € 667.057 veroorzaakt door de vervroegde aflossing van de achtergestelde geldlening Zuiderzeehaven en voor het restant van € 1.119.771 veroorzaakt doordat er vanuit de verstrekte startersleningen Stimuleringsfonds meer aflossingen in 2017 en 2018 hebben plaatsgevonden dan voorzien.

Renteresultaat

In het Besluit Begroting en Verantwoording zijn met ingang van 2017 onder andere wijzigingen ten aanzien van de doorberekening van de rente voorgeschreven. In het verleden waren gemeenten vrij om zelf te bepalen hoe zij de rentekosten in de begroting opnamen. Veelal gebeurde dit middels een vorm van een renteomslagpercentage, zo ook in onze gemeente. Dit percentage was afgeleid van het tienjaarsgemiddelde van de BNG tarieven voor lang geld.

Het nu te hanteren nieuwe renteomslagpercentage dient op een éénduidige wijze berekend te worden door alle gemeenten, zodat onderlinge vergelijkbaarheid toeneemt en aansluit bij de werkelijke rentekosten. Hieronder is het schema opgenomen dat inzicht verschaft tussen de rentekosten en rentedekking binnen de rekening 2018.

SCHEMA RENTETOEREKENING 2018 

Begroting

Rekening

a

Externe rentelasten over de lange en korte financiering

7.784.727

7.392.059

b

Externe rentebaten over de lange en korte financiering

1.237.050

1.216.755

Saldo rentelasten en rentebaten

6.547.677

6.175.304

MINUS:

c1

Rente aan bouwgrond in exploitatie door te berekenen

-1.060.200

-975.033

c2

Toerekening objectfinanciering (inclusief doorverstrekte leningen)

-1.085.714

-1.069.160

c3

Rentebaat doorverstrekte leningen (projectfinanciering)

718.951

718.960

Aan taakvelden toe te rekenen externe rente

5.120.714

4.850.072

PLUS:

d1

Rentevergoeding over eigen vermogen

494.916

220.877

d2

Rentevergoeding over voorzieningen

19.200

21.980

Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente

5.634.830

5.092.929

e

De aan taakvelden toegerekende rente

7.014.690

5.359.304

f

Renteresultaat op het taakveld treasury

1.379.860

266.375

g

Afwijking in %

24,5%

5,2%

Toelichting renteresultaat 2018
Het gehanteerde rentepercentage voor de integraal gefinancierde activa is 1,25%. De bouwgronden in exploitatie zijn belast met een rente van 1,60% conform de voorgeschreven berekeningswijze uit de notitie Grondexploitaties 2016. Het verschil tussen de toegerekende rente aan de taakvelden (renteomslag) en de werkelijke rentelast bedraagt 5,2%. Omdat deze afwijking niet meer dan 25% bedraagt heeft ultimo 2018  geen herberekening van het gehanteerde rentepercentage van 1,25% plaatsgevonden.

In de begroting 2018 is een geraamd renteresultaat van € 1.379.860 opgenomen. In de Berap 2018-1 is reeds € 168.341 en in de Berap 2018-2 nog eens € 878.875 als negatief renteresultaat gemeld. Grootste veroorzaker hiervan is een lagere dekking vanuit de taakvelden. Enerzijds door een lagere boekwaarde per 1 januari 2018 van de integraal gefinancierde activa en anderzijds door een verlaging in 2018 van het gehanteerde rentepercentage voor de integraal gefinancierde activa van 1,50% naar 1,25%.

Het renteresultaat over 2018 is uiteindelijk op € 266.374 uitgekomen. Dit is € 66.270 negatiever ten opzichte van de laatste Beleidsrapportage. Dit heeft voornamelijk te maken met een bijstelling van 1,70% naar 1,60% inzake de door te rekenen rente aan de bouwgronden in exploitaties.