Het beleidskader voor de lokale heffingen is de Tarievennota 2018, die door uw Raad gelijktijdig met de Begroting 2018 is vastgesteld. De Tarievennota bevat een overzicht van de tarieven die door de gemeente Zwolle worden gehanteerd, inclusief de onderbouwing van de manier waarop de tarieven zijn bepaald. Het gaat hierbij om zowel publiekrechtelijke als privaatrechtelijke heffingen.
De Tarievennota bevat verschillende onderdelen. De gemeente Zwolle streeft er naar dat er tussen deze onderdelen geen kruissubsidiëring plaats vindt. Dit houdt in dat de leges van Burgerzaken bijvoorbeeld niet bijdragen aan de leges voor een omgevingsvergunning. Binnen onderdelen van de Tarievennota vindt mogelijk wel kruissubsidiëring plaats. De omvang hiervan is niet exact te bepalen. De onderdelen waar er waarschijnlijk sprak is van kruissubsidiëring, zijn:
- Leges Burgerzaken – Veel tarieven zijn gemaximeerd. Hierdoor zijn sommige onderdelen iets minder dan 100% kostendekkend en sommige onderdelen iets meer dan 100% kostendekkend.
- Leges omgevingsvergunning – Over het algemeen zijn grote bouwwerken meer dan kostendekkend en kleine bouwwerken minder dan kostendekkend. De mate van kruissubsidiëring is afhankelijk van het type aanvraag.
- Leges juridische zaken – Gezien het kostendekkendheidspercentage is kruissubsidiëring hier niet waarschijnlijk.
Als algemene regel geldt dat de gemeentelijke heffingen met het inflatiepercentage zijn aangepast. Het inflatiepercentage voor 2018 is vastgesteld op 2,3%.
Uitzonderingen op deze regel zijn:
- De tarieven voor de parkeerbelasting zijn niet verhoogd.
- De tarieven voor toeristenbelasting zijn niet verhoogd.
- De tarieven voor afvalstoffenheffing zijn niet verhoogd.
- De tarieven voor rioolheffing zijn met 2% verlaagd.
- Dwangsom voor het afhalen van een fiets bij de AFAC wordt niet verhoogd.
- Afkoop van infiltratie regenwater is met 2% verlaagd.
Een overzicht van de geraamde en werkelijke inkomsten op basis van de opgelegde heffingen is hieronder opgenomen. Toelichting op de verschillen vindt u bij de verschillende programma's.
Gerealiseerde opbrengst gemeentelijke tarieven 2018 | rekening 2017 | begroting 2018 | rekening 2018 |
1. Onroerende zaakbelasting | 35.816.048 | 38.988.600 | 39.410.370 |
2. Baatbelasting | 526 | 0 | 0 |
3. Precariobelasting | 386.050 | 381.000 | 545.809 |
4. Toeristenbelasting | 173.209 | 125.000 | 183.856 |
5. Leges Juridische zaken en veiligheid (APV) | 132.070 | 147.300 | 201.668 |
6. Leges Burgerzaken² | 1.579.176 | 1.491.900 | 1.502.527 |
7. Bouwleges | 4.739.841 | 4.077.200 | 5.025.476 |
8. Gebruiksvergunningen | 4.774 | 27.100 | 11.400 |
9. Havengelden | 343.888 | 371.900 | 395.512 |
10. Warenmarktrechten | 213.624 | 233.400 | 207.065 |
11. Rioolrechten¹ | 6.578.594 | 6.564.352 | 6.654.889 |
12. Begraafplaatsrechten¹ | 1.004.389 | 995.300 | 1.759.189 |
13. Parkeergelden¹ | 8.605.944 | 8.922.058 | 9.282.099 |
14. Afvalstoffenheffing/reinigingsrechten¹ | 13.680.794 | 13.792.561 | 13.959.036 |
15. Fiscalisering parkeerboetes¹ | 799.985 | 787.000 | 837.203 |
16. Sporttarieven | 950.876 | 958.900 | 958.189 |
17. Overige leges/rechten | 820.643 | 832.952 | 739.966 |
Totaal opbrengst gemeentelijke tarieven | 75.830.431 | 78.696.523 | 81.674.255 |
1) Deze tarieven hebben zowel op begrotings- als op rekeningsbasis een kostendekkenheid van 100%. Voor het onderdeel 'parkeergelden' geldt een winstafdracht ten gunste van de algemene middelen. Verschillen worden verrekend met de egalisatiereserves.
2) Opbrengen rijksleges zijn buiten beschouwing gelaten, in verband met afdracht aan het Rijk.